Slangsterren (Ophiuroidea), in het Engels “brittle stars” genoemd, zijn stekelhuidige zeedieren die nauw verwant zijn aan zeesterren. De stam der stekelhuidigen (Echinodermata) bevat naast slangsterren ook zee-egels, zeekomkommers, zeesterren, zeeappels, zeelelies, zeemadeliefjes, blastoiden en cystoiden.

De bouw van de slangsterren bestaat uit vijf armslierten (armen) met een duidelijke begrenzing door de centrale lichaamsschijf. De armen kunnen ca. 10 cm. groot worden. De grootste soorten slangsterren kunnen een afmeting bereiken van wel 60 cm. Met de flexibele slangachtige armen kunnen slangsterren over de zeebodem kruipen op zoek naar aas (detritus). De zeesterren hebben op hun armen zuignapjes, deze ontbreken bij slangsterren.

Slangsterren komen wereldwijd voor op de zeebodem, vaak op modder en zandbodems en in gezelschap van stenen, sponzen en koralen. In Europa komen 184 soorten slangsterren voor, waaronder de gewone slangster Ophiura ophiura (Linnaeus) en de gewone brokkelster Ophiothrix fragilis (Abildgaard). Anders dan de gewone slangster is de gewone brokkelster overdekt met kleine stekeltjes. Slangsterren zijn in drie tot vier jaar volwassen en bereiken de ouderdom van maximaal vijf jaar.

De klasse van de Ophiuroidea is voor het eerst in 1840 door Gray omschreven. In totaal zijn er van de stekelhuidige dieren ca. 6000 recente soorten en ca. 4000 fossiele soorten beschreven. Soms breekt een gedeelte van de arm van een slangster af, geen nood, de arm herstelt weer volledig. Slangsterren kwamen al voor in het Ordovicium. Sommige orden van slangsterren zoals de Stenurida (verspreiding Ordovicium-Devoon) zijn uitgestorven.

Op de linkse foto is een fossiel exemplaar zichtbaar van een slangster uitgehakt op het strand van Eype (Starfish beds, Dorset, UK). Alleen met speciale hulpmiddelen is het gesteente zodanig te prepareren dat een perfecte slangster zichtbaar wordt (air-blast techniek). We kochten dit exemplaar Palaeocoma egertoni (Hess) aan voor uitbreiding van onze museumcollectie. Het fossiel is afkomstig uit de midden Lias periode en is ca. 175 miljoen jaar oud.

Geschreven door: Harrie de Koning
Gepubliceerd op: 17 oktober 2014